Quick ratio berekenen

Als onderneming wil je niet voor verassingen komen te staan en om de monetaire zaken van jouw bedrijf goed op orde te kunnen houden, kun je gebruik maken van de quick ratio. Dit is een methode voor bedrijven om de liquiditeit te berekenen en het is dus een liquiditeitsratio. De liquiditeit van een bedrijf geeft aan of er voldoende geld beschikbaar is om de schulden van de onderneming op korte termijn af te kunnen betalen. Dit is dus van groot belang voor een bedrijf en de quick ratio kan hier meer overzicht en duidelijkheid over geven. Wat is de quick ratio precies, hoe kan de liquiditeit hiermee berekend worden en wat is een goede quick ratio?

Wat is de quick ratio

De quick ratio is zoals andere ratio’s een kengetal. Dit getal geeft de verhouding weer tussen de vlottende activa en het kort vreemd vermogen, wat de vlottende passiva inhoudt. Bij deze berekening wordt de voorraad goederen buiten beschouwing gelaten en het doel van de berekening is dus het berekenen van de liquiditeit, oftewel, of aan alle huidige betalingsverplichtingen voldaan kan worden. Acid test ratio en activa ratio zijn andere bekende benamingen voor de quick ratio.

Waarom als onderneming de quick ratio gebruiken?

In bedrijven gaat alles natuurlijk om de omzet van geld en om investeringen te kunnen maken, moeten er soms schulden opgebouwd worden. Deze schulden moeten echter wel op korte termijn kunnen worden afbetaald, wat wordt uitgedrukt in de liquiditeit van een onderneming. Er is sprake van een liquide onderneming wanneer deze in staat is om aan alle betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. Onder deze verplichtingen vallen bijvoorbeeld belastingen, openstaande rekeningen en rente over leningen. Op de korte termijn, waarmee een tijd van 1 jaar bedoeld wordt, moet genoeg geld verdiend kunnen worden om alle openstaande rekeningen aan de Belastingdienst, crediteuren en andere schuldeisers af te kunnen betalen.

Als de quick ratio (of een andere liquiditeitsratio) niet gebruikt wordt, kunnen organisaties in financiële problemen terecht komen. Als de achterstallige rekeningen niet betaald kunnen worden, willen leveranciers bijvoorbeeld geen goederen meer leveren en als gevolg hiervan komt de productie stil te staan. Dit kan van kwaad tot erger gaan en er kan uiteindelijk zelfs door een deurwaarder beslag gelegd worden op je bezittingen.

Aangezien dit allemaal voorkomen kan worden met een overzichtelijke berekening, hoeft het zeker niet zo ver te komen. Een organisatie kan met de quick ratio goed in de gaten houden of er genoeg liquide middelen aanwezig zijn voor de openstaande schulden.

Het verschil met de current ratio

Een andere bekende liquiditeitsratio is de current ratio, waarmee eveneens de liquiditeit van een organisatie berekend kan worden. De twee ratio’s lijken dan ook erg op elkaar, waarbij één verschil van kracht is. De voorraad goederen wordt bij de quick ratio niet meegenomen in de berekening, wat wel gebeurd bij het berekenen van de current ratio. Het gaat bij de quick ratio om de middelen die snel kunnen worden omgezet in geld, oftewel de monetaire middelen.

Voor welke ondernemingen is het dan verstandig om de quick ratio te gebruiken en voor welke is de current ratio de betere optie? Voor bedrijven die hun voorraad aan goederen snel kunnen verkopen, is de current ratio een goede liquiditeitsratio. Dit zijn bijvoorbeeld supermarkten en groothandels, zoals de IKEA. Bij deze ondernemingen worden goederen vaak dagelijks aangeleverd en diezelfde dag nog aan klanten verkocht.

Wanneer je juist een onderneming hebt waarbij de voorraad goederen niet snel verkocht wordt, is de quick ratio een betere liquiditeitsberekening. Bedrijven die in deze categorie vallen, zijn bijvoorbeeld meubelmakers met een voorraad hout en andere specialistische bedrijven. Het kan maanden duren voordat er van dit hout een speciale kast of tafel gemaakt is. Vervolgens moeten deze producten ook nog verkocht worden, wat bij zulk soort specialistischer werk ook wat langer kan duren. Voor dit soort bedrijven is het niet realistisch om de voorraad goederen mee te rekenen in de omzet naar geld, waarbij de quick ratio dus een betere methode is dan de current ratio om de liquiditeit van de onderneming vast te stellen.

De berekening van de quick ratio

Om aan de hand van de quick ratio de liquiditeit van een organisatie te kunnen berekenen, is de volgende formule opgesteld: (vlottende activa – voorraad goederen + liquide middelen)/kort vreemd vermogen.

Bij deze berekening wordt de voorraad goederen van de vlottende activa afgetrokken, waar vervolgens de liquide middelen aan toegevoegd worden. Dit getal wordt ten slotte gedeeld door het kort vreemd vermogen. De respectievelijke afkortingen van de grootheden uit de berekening zijn, VLA, voor vlottende activa, VG, voor voorraad goederen, LA, voor liquide middelen en KVV, voor kort vreemd vermogen. Liquide middelen wordt afgekort met LA, omdat het ook wel liquide activa genoemd wordt.

Voorbeelden van een berekening

Hoe zit het nou in de praktijk met de quick ratio? Dit is eenvoudig uit te leggen via een voorbeeld. Een bedrijf stelt voor 1 januari de balans op en betrekt hierbij de activa en passiva van de onderneming. Onder de activa vallen de vaste activa, vlottende activa en de liquide middelen. Onder de passiva vallen het eigen vermogen, lang vreemd vermogen en het kort vreemd vermogen. Voor de berekening van de quick ratio maken we gebruik van de vlottende activa, waaronder de voorraad goederen, de liquide middelen en het kort vreemd vermogen. De totale vlottende activa heeft een waarde van 482.000 euro, waar de voorraad goederen met een waarde van 162.500 euro vanaf gehaald wordt. Hierdoor blijft er een bedrag van 319.500 euro over. Bij deze vlottende activa worden de liquide middelen met een waarde van 120.000 euro opgeteld. Hier komt een bedrag van 439.500 euro uit. Het kort vreemd vermogen heeft een waarde van 637.000 euro. De optelsom van de vlottende activa en liquide middelen moet gedeeld worden door het kort vreemd vermogen (439.500/637.000), waar een quick ratio uitkomt van ongeveer 0,69. Is dit nou een goede quick ratio of niet?

Een goede quick ratio?

In het voorbeeld van hierboven is de quick ratio van 0,69 te laag. In de financiële wereld wordt een norm van 1 of hoger dan ook als een goede quick ratio gezien. Bij een te lage quick ratio, betekent het dat er op dat moment in het desbetreffende bedrijf meer kort vreemd vermogen is dan er middelen zijn waarmee op korte termijn deze schulden afbetaald kunnen worden. Op basis van de vlottende activa en liquide middelen kunnen de openstaande crediteuren en andere schuldeisers die behoren tot het kort vreemd vermogen niet worden afbetaald.

Wanneer een bedrijf een quick ratio van 1 of hoger heeft, zijn er dus wel voldoende middelen om het kort vreemd vermogen op korte termijn mee af te betalen. Dit betekent dat er genoeg geld beschikbaar gemaakt kan worden om de openstaande, kortlopende schulden mee af te kunnen betalen, waardoor de onderneming zichzelf liquide mag noemen.

Geplaatst op |