Wat is vlottende activa?

Vlottende activa zijn bezittingen en / of vorderingen die in een onderneming aanwezig zijn en die bovendien voortkomen uit de normale exploitatiecyclus van een bedrijf. Ze behoren samen met de vaste activa tot de linkerhelft, de activa, van een bedrijf. De exploitatiecyclus van een bedrijf loopt van de aankoop tot de verkoop van goederen en / of diensten. Het gaat hier bijvoorbeeld over voorraden van grondstoffen of afgewerkte producten, vorderingen op klanten of liquide middelen bij een financiële instelling. In onderstaand artikel gaan we dieper in op de verschillende rubrieken van de vlottende activa, zoals ze terug te vinden zijn in een balans.

Vorderingen op meer dan één jaar

Onder deze rubriek vallen alle vorderingen met een contractuele looptijd van meer dan één jaar. Met andere woorden, dit zijn tegoeden die de onderneming pas na één jaar kan innen.

  • Handelsvorderingen op meer dan één jaar
    Je geeft een klant de mogelijkheid om een factuur pas over één jaar over later te betalen. In praktijk komt dit echter zelden voor omdat de meeste facturen enkele maanden na datum worden geïnd.
  • Overige vorderingen
    Onder deze rubriek vallen voornamelijk vorderingen op derden. Denk hierbij aan een lening vanuit het bedrijf aan de zaakvoerder of de vennoten.

Voorraden en bestellingen in uitvoering

Onder deze rubriek worden alle voorraden vermeld van grond- en hulpstoffen, goederen die bewerkt worden alsook afgewerkte producten en handelsgoederen.

  • Grondstoffen
    Zijn goederen die worden aangekocht om te gebruiken in het productieproces. Het zijn veelal basisgrondstoffen die nodig zijn om het eindproduct te kunnen ontwikkelen.
  • Hulpstoffen
    Hebben een gelijkaardige functie als grondstoffen, met dat verschil dat ze slechts een bijkomstige rol hebben in het productieproces.
  • Goederen in bewerking
    Dit zijn goederen of producten die nog maar gedeeltelijk zijn afgewerkt.

Andere aspecten van deze rubriek zijn gereed product, handelsgoederen, onroerende goederen bestemd voor verkoop, vooruitbetalingen op voorraandinkopen en bestellingen in uitvoering. Laats vernoemde zijn producten en diensten die worden opgenomen waarvoor het bedrijf reeds een bestelling heeft genomen. Grond-, hulpstoffen en handelsgoederen worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde. Er zijn wettelijk een aantal methoden toegelaten om de voorraden te waarderen zoals de gewogen gemiddelde prijs, de Fifo-methoden (first in, first out), Lifo-methoden (last in, first out) en de methode van de individualisering van de prijs van elk bestanddeel.

Vorderingen op ten hoogste één jaar

In deze rubriek worden vorderingen in acht genomen waarvan de oorspronkelijk looptijd ten hoogste één jaar bedraagt alsook de vorderingen die oorspronkelijk langer dan één jaar lopen, maar binnen de twaalf maanden vervallen. Er wordt ook een onderscheid gemaakt tussen handelsvorderingen en overige vorderingen.

Handelsvorderingen zijn vorderingen op klanten ten gevolge van een verkooptransactie van goederen of diensten. Te innen wissels zijn waardepapieren die in de praktijk als betalingsdocument worden gebruikt. Onder te innen opbrengsten wordt goederen en diensten verstaan die reeds aan de klant geleverd werden, maar waarvoor nog geen bijbehorende factuur is opgemaakt voor het einde van het boekjaar. Dubieuze debiteuren zijn handelsvorderingen waarbij er onzekerheid bestaan over de betaling op de vervaldag. Geboekte waardeverminderingen tot slot worden vaak toegepast op de vorderingen terugbetaalbaar op meer dan één jaar en op ten hoogste één jaar. Hierbij moet er echter wel voor het geheel of een gedeelde onzekerheid bestaan over de betaling van het desbetreffende bedrag op de vervaldag. Onder de post ‘overige vorderingen’ worden onder meer de door de belastingsdiensten terug te betalen belastingen vermeldt.

Geldbeleggingen

Onder deze rubriek staan beleggingen bij kredietinstellinen en effecten die met beleggingsdoeleinden aangekocht werden en die bovendien niet het kenmerk hebben van financiële vaste activa. Voorbeelden van zaken die hieronder vallen zijn eigen aandelen, aandelen, vastrentende effecten en termijndeposito’s.

Liquide middelen

Deze omvatten de gewone kasmiddelen en de tegoeden op een zichtrekening bij de financiële instelling.

  • Te incasseren ververvallen waarden
    In deze post vinden we de bedragen van coupons, dividendbewijzen en effecten die na vervaldag nog niet geïncasseerd zijn.
  • Financiële instellingen
    In deze post zien we alle tegoeden op de zichtrekeningen bij de financiële instellingen. In de praktijk zal elke onderneming een afzonderlijk boekhoudkundig rekeningnummer hebben per zichtrekening per financiële instelling.
  • Kassen
    Is al het contante geld in de kassa.
  • Interne overboekingen
    Wordt gebruikt bij elke overdracht tussen rekeningen van liquide middelen en geldbeleggingen.

Overlopende rekeningen van het actief

Overlopende rekeningen zijn rekeningen die ervoor zorgen dat er een correcte boekhoudkundige toewijzing van kosten en / of opbrengsten is aan het juiste boekjaar.

  • Over te dragen kosten
    Zijn kosten die in een huidig boekjaar ingeboekt zijn, maar deels betrekking hebben op het volgend boekjaar. Er zal bijgevolg een deel van de kosten worden overgeheveld naar het volgend boekjaar.
  • Verworven opbrengsten
    Het deel van de opbrengsten dat het volgende boekjaar wordt gefactureerd maar nu reeds aan het huidige boekjaar moet worden toegewezen.
Geplaatst op |